OECUMENISCHE ZANGGROEP
HEERHUGOWAARD
Nederlandse vertalingen
van Carols:
Of the Father’s heart
begotten
The Lord at
first did Adam make
Tomorrow shall be my
dancing day
What What Sweeter Music
Adam lay ybounden, Bounden in a bond; Fourthousand
winter Thought he not too long. And all was for an apple, An apple that he took, As clerkes finden Written in their book. Ne had the apple taken been, The apple taken been, Ne had never our
lady Abeen
heaven équeen. Blessed be the time That apple taken was, Therefore we moun singen Deo gracias, deo gracias. |
Adam lag daar
gebonden, Gebonden aan
een schuld; Vierduizend
winters Vond hij niet
te lang. En dat alles
om een appel, Een appel die
hij nam, Zoals
geleerden vinden Geschreven in
hun boek. Als de appel
niet genomen was, De appel
genomen was, Zou onze vrouwe (Maria) nooit Koningin van
de hemel geweest zijn. Gezegend is
de tijd dat Die appel
genomen werd, Daarom mogen
we nu zingen Dank aan God,
dank aan God. |
Dit Middelengelse danklied
is gebaseerd op het idee van de "Felix Culpa" (gelukkige schuld)
die genoemd wordt in de
Rooms Katholieke mis voor Goede Vrijdag. Als Adam niet uit genade
gevallen was, zou het
menselijke ras niet bevlekt zijn met de erfzonde en zou Jezus niet
gekomen zijn om de wereld te
bevrijden. Door Adam's zonde zou de mensheid tot een
beter
Angels’ Carol Have you heard the sound of the angel voices ringing out so sweetly, ringing out so clear? Have you seen the star shining out so brightly as a sign from God that Christ the Lord is here? Have you heard the news that they bring from heaven
to the humble shepherds who have waited long? Gloria in excelsis Deo,
Gloria in excelsis Deo! Hear the angels sing their joyful song. like a gentle snowfall in the gentle night; He is come in joy, like the sun at morning, filling all the world with radiance and with light. He is come in love as the child of Mary; In a simple stable we have seen his birth. Gloria in excelsis Deo, Gloria in excelsis Deo! Hear the angels singing 'Peace on earth'. like a bright star shining in the skies above; He will bring new hope to the waiting nations. When he comes to reign in purity and love. Let the earth rejoice at the Saviour's
coming; Let the heavens answer with the joyful morn: Gloria in excelsis Deo, Gloria in excelsis Deo! Hear the angels singing, 'Christ is born'. |
Kerstlied van
de engelen Heb je het
geluid gehoord van de engelenstemmen die zo zoet
klinken, die zo helder klinken? Heb je de
ster zo helder zien schijnen als een teken
van God dat Christus de Heer hier is? Heb je het
nieuws gehoord dat ze uit de hemel brengen aan de
eenvoudige herders die zo lang gewacht hebben? Gloria in exelsis Deo, Gloria in excelsis Deo! Hoor de
engelen hun vreugdevolle lied zingen. Hij is in
vrede gekomen in de stilte van de winter, als een
tedere sneeuwval in een zachte nacht; Hij is in
vreugde gekomen, zoals de zon in de morgen, de hele
wereld vullend met straling en met licht. Hij is in
liefde gekomen als het kind van Maria, in een
eenvoudige stal hebben wij zijn geboorte gezien. Gloria in exelsis Deo, Gloria in excelsis Deo! Hoor de
engelen zingen ‘Vrede op aarde’. Hij zal nieuw
licht brengen aan een wereld in duisternis, als een
heldere ster in de hemel boven; Hij zal
nieuwe hoop brengen aan de wachtende naties als hij komt
regeren in zuiverheid en liefde. laat de aarde
zich verheugen over de komst van de redder; Laat de
hemelen antwoorden met de blijde morgen: Gloria in exelsis Deo, Gloria in excelsis Deo! Hoor de engelen zingen, ‘Christus is geboren’. |
Angel tidings In all towns
and villages both far and near, Angel host
bears tidings in strain full clear: Joy come to ev'ry nation, Joy to this
generation Christ is
here; Christ is here. Listen to the
story of his wondrous birth; How he came so
long ago to us on earth; Born of a
virgin mother Blessed above
all other, Born today,
born today. In a manger
lying in poverty; Peace he
brings at Christmastide to you and me; Tell of his
birth that saved us, Tell of the
love he gave us, Christ our
Lord, Christ our Lord. Sing than and
be joyful on this Christmas night; Follow with
the wise-men the star so bright; Lead you to
his own glory, Tell out the
wondrous story: Christ is
born, Christ is born today. |
Engelenbericht In alle steden en
dorpen zowel ver als dichtbij, Engelenschaar brengt boodschappen in een zeer
helder lied: Vreugde kome tot elke natie, Vreugde voor deze generatie Christus is hier; Christus is hier. Luister naar het verhaal van zijn wondere
geboorte; Hoe hij zo lang geleden naar ons op aarde
kwam; Geboren uit een maagdelijke moeder Gezegend boven alle anderen, Vandaag geboren, vandaag geboren. In een kribbe liggend in armoede; Vrede brengt hij met kerst aan jou en mij; Vertel over zijn geboorte die ons redde, Vertel over de liefde die hij ons gaf, Christus onze Heer, Christus onze Heer. Zing dan en wees vrolijk op deze kerstavond; Volg met de wijzen de heldere ster; Leid je naar zijn eigen glorie, Vertel het wonderlijke verhaal verder: Christus wordt
geboren, Christus wordt vandaag geboren. |
Angelus
ad virginem ‘Quomodo
conciperem Ad haec
virgo nobilis Eia mater Domini, |
De engel kwam de
kamer van de maagd binnen, waar zij alleen was. Hij kalmeerde de
vrees van de maagd met een: ‘Wees gegroet! Wees gegroet,
Koningin der maagden! U zult zwanger
worden en de Heer des Hemels
en der Aarde baren, onbevlekt, de redding der mensheid; u bent tot de Poort naar de Hemel gemaakt, de vergeving van onze zonden’. ‘Hoe kan ik in
verwachting raken terwijl ik geen omgang heb met een man? Hoe kan ik de eed
schenden die ik bij mijn volle verstand heb gezworen?’ ‘De genade van de
Heilige Geest zal dit alles volbrengen; vrees
niet, maar wees verheugd en veilig, want kuisheid zal in je blijven, pure kracht van God’. De edele maagd antwoordde hem na deze woorden
het volgende: ‘Ik ben de nederige dienstmaagd van de almachtige God. Door uw hemelse
boodschap ben ik me zulke geheimen bewust geworden. Ik stem er mee in en ik verlang ernaar te zien gebeuren de dingen die ik hoor; Ik ben klaar om Gods wil te gehoorzamen’. Kom nu, moeder van de Heer, die vrede teruggegeven heeft aan engelen en mensen, toen U Christus baarde; Bid uw Zoon goed voor ons te zijn. Laat Hem ons onze zonden zien en ze wegwassen en ons helpen een gelukkig leven te leven na onze ballingschap. |
As with gladness men of old As with joyful steps they
sped As they offered gifts most
rare Holy Jesu, every day In that heav’nly
country bright |
Zoals
mannen van vroeger met blijdschap De
leidende ster aanschouwden, zoals
zij met vreugde zijn licht begroetten, dat
hen leidde, helder stralend, mogen
wij zo, genadige God, voor
altijd naar U toe geleid worden. Zoals
zij met vreugdevolle stappen snelden naar
dat nederige kribbe-bed, om
daar te knielen voor Hem,
wie hemel en aarde aanbidden, zo
mogen wij, met gewillige voeten altijd
uw genadetroon zoeken. Zoals
zij zeldzame geschenken aanboden, bij
die kribbe, ruw en kaal, zo
mogen wij met heilige vreugde, zuiver,
en niet met zonde vermengd, al
onze kostbaarste schatten brengen, Christus,
bij u, onze hemelse Koning. Heilige
Jezus, houd ons elke dag op het
Smalle Pad, en als
sterfelijke dingen voorbij zijn, breng
dan onze verloste zielen ten slotte daar
waar ze geen ster nodig hebben om te leiden, waar
geen wolken uw glorie verhullen. In dat
hemelse heldere land hebben
ze geen geschapen licht nodig; Gij
zijt haar licht, haar vreugde, haar kroon, Gij
haar zon die niet onder gaat: daar
mogen wij voor altijd zingen, Halleluja’s
voor onze Koning. |
A virgin most pure,
as the prophets do tell, Aye, and therefore be
merry; Rejoice and be you
merry; Set sorrow aside; In Bethlehem Jewry a
city there was, Aye, and therefore
etc. But when they had
entered the city so fair Aye, and therefore
etc. Then they were
constrained in a stable to lie, Aye, and therefore
etc. The King of all kings
to this world being brought, Aye, and therefore
etc. Then God sent an
angel from heaven so high, Aye, and therefore
etc. Then presently after,
the shepherds did spy Aye, and therefore
etc. |
Een
zuiverste maagd heeft, zoals de profeten vertellen, Een
baby gebaard, zoals geschiedde, Om
onze verlosser te zijn van dood, hel en zonde, Waar
Adams overtreding ons in verwikkeld had. Ja,
en wees daarom vrolijk; Verheug
je en wees vrolijk; Zet
droefheid opzij; Christus
Jezus onze redder is geboren op dit feest. Bethlehem was een stad van het jodendom, waar
Jozef en Maria samen heengingen, Om
daar geteld te worden, met vele anderen, Omdat
de keizer had bevolen dat dit zou gebeuren. Ja,
en wees daarom vrolijk, enz. Maar
toen zij de mooie stad binnengegaan waren, was
daar zo'n ontzaglijk aantal mensen, Dat
Jozef en Maria, die van weinig betekenis waren, In
de herberg daar, helemaal geen onderdak konden vinden. Ja,
en wees daarom vrolijk; Toen
werden ze gedwongen om in een stal te liggen, Waar
ze meestal paarden en ezels vastbonden; Hun
zo eenvoudige onderdak vonden ze niet te minderwaardig, Maar
tegen de volgende morgen was onze Heiland geboren. Ja,
en wees daarom vrolijk; De
Koning van alle koningen ter wereld brengend, werd
een stukje fijn linnen gezocht om hem in te wikkelen; En
toen ze haar lieve jonge zoon omwikkeld had, Legde
ze hem in een voerbak voor ossen te slapen. Ja,
en wees daarom vrolijk; Toen
zond God een engel van de hemel zo hoog, Naar
zekere arme herders in de velden waar zij liggen, En
beval hen niet langer in droefenis te blijven, Omdat
op deze dag onze Heiland geboren werd. Ja,
en wees daarom vrolijk; Toen,
spoedig daarna, ontwaarden de herders een
veelheid aan engelen die aan de hemel stonden, Ze
spraken vrolijk en zongen lieflijk, 'Alle
eer zij aan God, onze hemelse Koning'. Ja,
en wees daarom vrolijk; |
Away in a
manger, no crib for a bed, The cattle are lowing, the baby awakes, Be near me,
Lord Jesus, I ask thee to stay |
Weggestopt in een voerbak, geen wiegje als
bed, Legde de kleine Heer Jezus zijn lieve hoofd
neer. De sterren aan de heldere hemel keken neer op
waar hij lag, De kleine Heer Jezus, in slaap op het hooi. Het vee loeit, de baby wordt wakker, Maar de kleine Heer Jezus, hij huilt niet; Ik hou van u, Heer Jezus! Kijk naar beneden
uit de hemel En blijf aan mijn zijde tot de morgen nabij
is. Wees dicht bij mij, Heer Jezus, ik vraag u om
voor altijd Dicht bij mij te blijven, en hou van mij, bid
ik. Zegen al de lieve kinderen in uw tedere zorg, En bereid ons voor op de Hemel om daar met u
te leven. |
Birthday Carol
Rejoice today with one accord, Alleluia, This is the birthday of our Lord, Alleluia. Gloria, Gloria in excelsis, Gloria, Gloria Deo! Shepherds abiding in the field, Alleluia, To them Gods glory was reveal'd, Alleluia. Gloria, Gloria in excelsis, Gloria, Gloria Deo! And to the shepherds sore afraid, Alleluia, An angel said, 'Be not dismayed', Alleluia Gloria, Gloria in excelsis, Gloria, Gloria Deo! 'Tidings of joy to you I bring', Alleluia 'Today is born the heav'nly
King', Alleluia. Gloria, Gloria in excelsis, Gloria, Gloria Deo! 'And ye shall find in manger laid', Alleluia, 'The babe in swaddling clothes arrayed', Alleluia. Gloria, Gloria in excelsis, Gloria, Gloria Deo! A host of angels filled the sky, Alleluia, Thus singing praise to God on high, Alleluia Gloria, Gloria in excelsis, Gloria, Gloria Deo! Now join we all the angelthrong,
Alleluia, And let our voices swell the song: Alleluia. Gloria, Gloria in excelsis, Gloria, Gloria Deo! |
Verheug u vandaag eenstemmig, halleluja, Dit is de geboortedag van onze Heer, halleluja. Gloria, gloria in excelcis, Gloria, gloria Deo! Herders die in het veld verbleven, halleluja, Aan hen werd Gods glorie geopenbaard, halleluja. Gloria, enz. En tegen de heel bange herders, halleluja, Zei een engel, 'wees niet onthutst', halleluja. Gloria, enz. 'Bericht van vreugde breng ik u', halleluja, 'Vandaag is de hemelse Koning geboren', halleluja. Gloria, enz. 'En u zult vinden, liggend in een kribbe', halleluja, 'De baby, in doeken gehuld', halleluja. Gloria enz. Een menigte engelen vulde de hemel, halleluja, aldus lof zingend tot God in den hoge, halleluja. Gloria, enz. Laten wij nu allen de engelenschaar bijvallen, halleluja, En onze stemmen het lied laten aanzwellen: halleluja. Gloria, enz. |
Candlelight
Carol How
do you capture the wind on the water? How
do you count all the stars in the sky? How
can you measure the love of a mother, Or
how can you write down a baby's first cry? Candlelight,
angel light, firelight and star-glow Shine
on his cradle till breaking of dawn. Gloria,
Gloria in excelsis Deo! Angels
are singing; the Christ child is born. Shepherds
and wise men will kneel and adore him, Seraphim
round him their vigil will keep; Nations
proclaim him their Lord and their Saviour, But
Mary will hold him and sing him to sleep. Candlelight,
angel light, firelight and star-glow Shine
on his cradle till breaking of dawn. Gloria,
Gloria in excelsis Deo! Angels
are singing; the Christ child is born. Find
him at Bethlehem laid in a manger: Christ
our Redeemer asleep in the hay Godhead
incarnate and hope of salvation: A
child with his mother that first Christmas Day. Candlelight,
angel light, firelight and star-glow Shine
on his cradle till breaking of dawn. Gloria,
Gloria in excelsis Deo! Angels
are singing; the Christ child is born. |
Kaarslicht lied Hoe vang je de wind op het water? Hoe tel je alle sterren aan de hemel? Engelen zingen; het Christuskind is geboren. Engelen zingen; het Christuskind is geboren. Engelen zingen; het Christuskind is geboren. |
Carol of the
Angels In a wonder of light, a single star appeared, Upon a midnight clear the earth was still. Then the heavens rang out, the testament to tell, Emmanuel, the prophecy fulfilled. Alleluia, hear the angels sing, Born today in Bethlehem a King. Alleluia, He has come to dwell, God with us, Emmanuel. In a manger he slept, and glory filled the place, where God's redeeming grace secured mankind. And the message was heard, Behold the Truth, the Word, God has sent to earth a love divine. He has shattered the darkness, He has promised the dawn. Glory to God in the highest, to earth peace now belongs. Alleluia, hear the angels sing, Born today in Bethlehem a King. Alleluia, He has come to dwell, God with us, Emmanuel. |
Kerstlied
van de engelen In een wonder
van licht, verscheen een
enkele ster, op een
heldere middernacht was de aarde
stil. Toen klonk
het luid uit de hemelen, om het
testament te vertellen, Immanuël, De profetie
vervuld. Halleluja,
hoor de engelen zingen, Vandaag is in
Bethlehem een koning geboren. Halleluja,
Hij is gekomen om te wonen, God met ons, Immanuël. Hij sliep in een kribbe,
en
glorie vervulde de plaats, waar
Gods verlossende genade de
mensheid beschermde. En
de boodschap werd gehoord, Aanschouw
de Waarheid, het Woord, God
heeft naar de aarde gezonden een
goddelijke liefde. Hij
heeft de duisternis verbrijzeld, Hij
heeft de dageraad beloofd. Glorie
tot God in den hoge, aan
de aarde behoort nu de vrede. Halleluja,
hoor de engelen zingen, Vandaag
is in Bethlehem een koning geboren. Halleluja,
Hij is gekomen om te wonen, God
bij ons, Immanuël. |
Clear in the darkness a light shines in Bethlehem: Angels are singing, their sound fills the air. Wise men have journeyed to greet their Messiah; But only a mother and baby lie there. 'Ave Maria, ave Maria': Hear the soft lullaby the angel hosts sing. 'Ave Maria, ave Maria, Maiden and mother of Jesus our King'. Where are his courtiers, and who are his people? Why does he bear neither sceptre nor crown? Shepherds his courtiers, the poor for his people, With peace as his sceptre and love for his crown. 'Ave Maria, ave Maria': Hear the soft lullaby the angel hosts sing. 'Ave Maria, ave Maria, Maiden and mother of Jesus our King'. What though your treasures are not gold or incense? Lay them before him with hearts full of love. Praise to the Christ child, and praise to his mother Who bore us a Saviour by grace from above. 'Ave Maria, ave Maria': Hear the soft lullaby the angel hosts sing. 'Ave Maria, ave Maria, Maiden and mother of Jesus our King'. |
Helder in de
duisternis schijnt een
licht in Bethlehem: Engelen
zingen, hun geluid
vult de lucht. Wijze mannen
hebben gereisd om hun
Messias te begroeten; Maar daar
liggen slechts een moeder en
een baby. 'Wees gegroet
Maria, wees gegroet Maria': Hoor het
zachte wiegenlied dat de
engelenscharen zingen. 'Wees gegroet
Maria, wees gegroet Maria', Maagd en
moeder van Jezus onze Koning. Waar zijn zijn hovelingen, en wie zijn zijn volk? Waarom draagt
hij scepter noch
kroon? Herders zijn
hovelingen, de armen als
zijn volk, Met vrede als
zijn scepter en liefde als
zijn kroon. 'Wees gegroet
Maria, wees gegroet Maria': Hoor het
zachte wiegenlied dat de
engelenscharen zingen. 'Wees gegroet
Maria, wees gegroet Maria', Maagd en
moeder van Jezus onze Koning. Wat geeft het
als jullie schatten geen goud of
wierook zijn? Leg ze voor
hem neer met harten
vol liefde. Lof zij het
Christuskind, en lof zij
zijn moeder Die ons een
Verlosser baarde door genade
van boven. 'Wees gegroet
Maria, wees gegroet Maria': Hoor het
zachte wiegenlied dat de
engelenscharen zingen. 'Wees gegroet
Maria, wees gegroet Maria', Maagd en
moeder van Jezus onze Koning. |
Lully, lulla, thou little
tiny child, By by, lully
lullay. O sisters too, How may we do For to preserve this day This poor youngling, For whom we do sing, By by, lully
lullay? Herod the king, In his raging, Charged he hath this day His men of might, In his own sight, All young children to slay. That woe is me, Poor child for thee! And ever morn and day, For thy parting Neither say nor sing By by, lully
lullay! |
Lied uit
Coventry Lully, lulla, gij
nietig klein kind, Dag, dag, lully lullay. O zusters,
wat kunnen wij doen Om op deze
dag te beschermen Deze arme
jongeling waar wij voor zingen, Dag, dag, lully lullay? Herodes de
koning in zijn woede, Heeft vandaag
bevolen Aan zijn
mannen van de macht om naar zijn eigen inzicht, alle jonge kinderen te
vermoorden. Wee mij, arm
kind voor u! En elke
ochtend en dag, Voor uw
afscheid zeggen noch zingen wij Dag dag, lully lullay! |
Engelse melodie 1591, woorden toegeschreven
aan Robert Croo, 1534. Het is genoemd naar de stad Coventry,
Engeland, waar de 15e eeuwse processie
van de scheerders en kleermakers, Herodes’ slachting van de onschuldige
kinderen uitbeeldde, verteld in dichtvorm. |
In Bethlehem, all in a
stable Lies a new-born infant
mild. By his side a virgin
mother Watches o'er the holy
child. Jesus, lying in the
manger, Comes to us on earth a
stranger: Lullaby! O little one
sleep; Angels round you watch
will keep. Saint Joseph stands
beside the cradle, Filled with wonder, awe
and love. See, the infant King lies
sleeping, Sent from God, from heav'n above. Ox and ass before him
kneeling, Mary's love his sorrows
healing; Lullaby, o little one
sleep; Angels round you watch
will keep. Hosanna in the highest
heaven, Peace, good will to men
on earth. Seraphim on high in
chorus, Greet the Saviour's
joyful birth. Mary's voice in descant
blending, Joins the heav’nly song unending: Lullaby, o little one
sleep; Angels round you watch
will keep. |
In
Bethlehem, zomaar in een stal, ligt
een pasgeboren, onschuldig kind. Een
maagdelijke moeder aan zijn zijde, waakt
over het heilige kind. Jezus,
liggend in de kribbe, komt
tot ons, een vreemdeling op aarde; Slaap
kindje! O kleintje, slaap; Engelen
rondom jou zullen de wacht houden. Sint
Jozef staat naast de wieg, vol
verwondering, ontzag en liefde. Kijk,
de kind-Koning ligt te slapen, door God
gezonden vanuit de hemel boven. Os en
ezel knielend voor hem, Maria's
liefde zijn droefheid helend; Slaap
kindje; o kleintje, slaap; Engelen
rondom jou zullen de wacht houden. Hosanna
in de hoogste hemel, Vrede,
een welbehagen in mensen op aarde. Serafijnen
in den hoge begroeten in koor de
blijde geboorte van de Heiland. Maria's
stem zich mengend in de melodie, Voegt
zich bij het nooit eindigend hemelse lied: Slaap
kindje, o kleintje, slaap; Engelen
rondom jou zullen de wacht houden. |
Ding dong! Merrily on high in heav’n the bells are
ringing Ding dong! Verily the sky is riv’n with angel
singing Gloria, Hosanna in excelsis! Gloria, Hosanna in excelsis! E’en so here below, below, let steeple bells be swungen, And io,io,io, by priest and people sungen. Gloria, Hosanna in excelsis! Gloria, Hosanna in excelsis! Pray you, dutifully prime your matin chime, ye
ringers May you beautifully rime your evetime song, ye
singers Gloria,
Hosanna in excelsis |
Ding dong! De bellen rinkelen vrolijk daarboven in de hemel Ding dong! De lucht is opengespleten door zingende engelen Gloria, Hosanna in excelcis! Gloria, Hosanna in excelcis! Laat ook hier beneden de torenklokken zwaaien, En io, io, io, door priester en volk gezongen worden. Gloria, Hosanna in excelcis! Gloria, Hosanna in excelcis! Bereid uw ochtendgebeier alstublieft plichtsgetrouw voor, gij klokkeluiders Moge gij uw avondlied prachtig laten rijmen, gij zangers Gloria,
Hosanna in excelcis! |
Donkey
Carol
Donkey riding over the bumpy road, Donkey walking all at the break of day, See, a new light shining with brightest ray. Long the weary journey you soon must start, But you will travel gladly; God will make brave your
heart Donkey walking all at the break of day, See, a new light shining with brightest ray
|
Ezel, die
over de hobbelige weg rijdt, Draag Maria
met haar zware last; Volg Jozef,
die jou op je weg leidt Tot je een
stal vindt, ergens om te rusten en te blijven Ezel, die
over de hobbelige weg rijdt, Draag
Maria, met haar zware last. Ezel die
waakt over het Jezuskind, Zie de
Baby, met zijn zachtaardige moeder! Hoor de
engelen hun liederen zingen in den hoge! ‘Nowell, Nowell, Nowell' Hun gezang vult de hemel! Ezel die
waakt over het Jezuskind, Zie de
Baby, met zijn zachtaardige moeder. Ezel die
uitrust in een voederplaats, Aanbid
samen met de ossen de Heer van allen. St, hij
ligt in slaap op zijn bed van hooi Terwijl
Maria zo zoetjes zingt ‘Lulla, Lulla-lalay.’ Ezel die
uitrust in een voederplaats, Aanbid
samen met de ossen de Heer van allen. Ezel die
loopt bij het aanbreken van de dag, Zie, een
nieuw licht schijnt met de helderste straal. Lang is de
saaie reis die je spoedig moet beginnen, Maar je zal
vrolijk reizen; God zal je hart dapper maken Ezel die
loopt bij het aanbreken van de dag, Zie, een
nieuw licht schijnt met de helderste straal. Ezel spring
van vreugde als je je weg gaat! Halleluja,
Jezus is vandaag geboren! Hoor, de
bellen rinkelen hun heldere boodschap: Wees blij
en zing dat Christus
onze goddelijke redder hier is. Ezel spring
van vreugde als je je weg gaat! Halleluja,
Jezus is vandaag geboren! |
Es ist ein Ros entsprungen aus einer Wurzel zart. Wie uns die Alten sungen; von Jesse kam die Art. Und hat ein Blümlein bracht mitten im kalten Winter, wohl zu der halben Nacht. Das Röslein, das ich meine, davon Jesajas sagt, hat uns gebracht alleine Maria,
die reine Magd ; Aus Gottes ew'gem Rat hat sie ein Kind geboren wohl zu der halben Nacht. Das Blümelein so kleine, das duftet uns so
süss; mit seinem hellen Scheine vertreibt’s die Finsternis. Wahr’ Mensch und wahrer Gott, hilft uns aus allem Leide, rettet von Sünd und Tod. |
Er is
een roos ontsprongen uit
een tedere wortel. Zoals
de ouderen zongen; kwam
de soort van Isaď. En
heeft een bloemetje voortgebracht midden
in de koude winter, in 't
midden van de nacht. Dat
roosje, dat ik bedoel waarvan
Jesaja spreekt, werd
ons alleen gebracht door
Maria, de zuivere maagd; Uit
Gods eeuwige raad heeft
zij een kind gebaard rond
het midden van de nacht. Dat
bloempje zo klein, dat
geurt voor ons zo zoet; met
zijn heldere gloed verdrijft
het de duisternis. Echt
mens en ware God, helpt
ons uit al het lijden, redt
ons van zonde en dood. |
Gloria! Gabriel’s Message Gloria The angel Gabriel from heaven came, His wings as drifted snow, his eyes as flame; 'All hail,' said he, 'thou lowly maiden Mary, Most highly favour'd lady,' Gloria! 'For known a blessed Mother thou shalt be, All generations laud and honour thee, Thy Son shall be Emmanuel, by seers foretold. Most highly favour'd lady,' Gloria! Then gentle Mary meekly bowed her head, 'To me be as it pleaseth God,' she said, 'My soul shall laud and magnify His Holy Name.' Most highly favour'd lady, Gloria! Of her, Emmanuel, the Christ, was born In Bethlehem, all on a Christmas morn, And Christian folk throughout the world will ever say: 'Most highly favour'd lady,' Gloria! |
Gabriëls Boodschap Gloria De
engel Gabriël kwam van de hemel, Zijn
vleugels als opgestoven sneeuw, zijn ogen als vlammen; "Wees
gegroet", zei hij, "gij nederige maagd Maria, Meest
bevoorrechte vrouw", Gloria! “Want
als gezegende moeder zult ge bekend staan, Alle
generaties loven en eren u, Uw
zoon zal Immanuël zijn, zoals door profeten voorspeld. Meest
bevoorrechte vrouw", Gloria! Toen
boog de vriendelijke Maria nederig haar hoofd, "Mij
geschiede zoals het God behaagt", zei zij, "Mijn
ziel zal zijn heilige Naam loven en verheerlijken". Meest
bevoorrechte vrouw. Gloria! Uit
haar werd Immanuël, de Christus, geboren In
Bethlehem, al op een Kerstmorgen, En
Christenmensen op de hele wereld zullen altijd zeggen: "Meest
bevoorrechte vrouw, Gloria!" |
God rest you
merry, gentlemen, The shepherds
at those tidings Rejoiced much
in mind, And left their
flocks a-feeding, In tempest,
storm and wind, And went to
Bethlehem straightway This blessed
babe to find: But when to
Bethlehem they came, Whereat the
infant lay, They found him
in a manger, Where oxen feed
on hay; His mother Mary
kneeling, Unto the Lord
did pray: O tidings of
comfort and joy, Now to the Lord
sing praises, All you within
this place, And with true
love and brotherhood Each other now
embrace; This holy tide
of Christmas All others doth
deface: O tidings of
comfort and joy, |
God laat u blij zijn, heren, laat niets u ontmoedigen, want Jezus Christus onze Redder werd op deze dag geboren, om ons van Satans macht te redden als wij afdwaalden: O boodschap van troost en vreugde, Troost en vreugde, O boodschap van troost en vreugde! Van God onze hemelse Vader kwam een gezegende engel, en tegen zekere herders brachten zij er een boodschap over, hoe in Bethlehem geboren werd de Zoon van God genaamd: O boodschap van troost en vreugde, Om die boodschap waren de herders innerlijk zeer verheugd, en lieten hun kuddes grazen, in noodweer, storm en wind, en gingen onmiddellijk naar Bethlehem om deze gezegende baby te vinden: O boodschap van troost en vreugde, Maar toen ze in Bethlehem kwamen, waar het kind lag, vonden ze hem in een voerbak, waar ossen hooi uit eten; Zijn knielende moeder Maria, bad tot God: O boodschap van troost en vreugde, Zingt nu lofliederen voor de Heer, U allen in deze ruimte, en met echte liefde en vriendschap, omhels elkaar; Deze heilige Kersttijd overschaduwt alle andere: O boodschap van troost en vreugde, |
Good king Wenceslas Good King Wenceslas look'd
out On the feast of Stephen When the snow lay round about, Deep, end crisp, and even: Brightly shone the moon that night, Though the frost was cruel, When a poor man came in sight, Gath'ring
winter fuel. 'Hither, page, and stand by me, If thou know'st it,
telling, Yonder peasant, who is he? Where and what his dwelling?' 'Sire, he lives a good league hence, Underneath the mountain, Right against the forest fence, By Saint Agnes fountain.' 'Bring me flesh and bring me wine, Bring me pine-logs hither: Thou and I will see him dine, When we bear them
thither.' Page and monarch, forth they went, Forth they went together; Through the rude wind's wild lament And bitter was the weather. 'Sire, the night is darker now, And the wind blows stronger; Fails my heart, I know not how; I can go no longer.' 'Mark my footsteps, good my page; Tread thou in them boldly: Thou shalt find the winter's rage Freeze thy blood less coldly.' In his master's steps he trod, Where the snow lay dinted; Heat was in the very sod Which the Saint had printed. Therefore, Christian men, be sure, Wealth or rank possessing,- Ye who now will bless the poor,- Shall yourselves find blessing. |
De goede
koning Wenceslas De goede
koning Wenceslas keek uit Op het feest
van Stephanus* Toen de
sneeuw rondom lag, Diep en
knisperend en glad: Helder scheen
de maan die nacht, Hoewel de
vorst genadeloos was, Toen een arme
man in zicht kwam, Die
winterbrandstof verzamelde. "Hier,
schildknaap, en kom bij me staan, Als je het
weet, vertel het dan, Gindse boer,
wie is hij? Waar en wat
is zijn verblijfplaats?" "Sire,
hij woont een goede mijl hier vandaan, Onder aan de
berg, Direct tegen
de rand van het woud, Bij de
fontein van Sint Agnes." "Breng
me vlees en breng me wijn, Breng me
blokken dennenhout: Gij en ik
zullen hem zien dineren, Als we ze
daarheen dragen." Schildknaap
en vorst, voort gingen zij, Samen gingen
zij voort; Door het
wilde gejammer van de ruwe wind En bitter was
het weer. "Sire,
de nacht is donkerder nu, En de wind
waait sterker; Faalt mijn
hart, ik weet niet hoe; Ik kan niet
langer gaan." "Let
goed op mijn voetstappen, mijn knaap; Stapt gij er
dapper in: Gij zult
merken dat de woede van de winter Uw bloed
minder koud laat stollen." In zijn
meesters voetstappen stapte hij, Waar de
sneeuw ingedeukt was; Warmte zat in
juist die zoden Waarop de
Heilige een afdruk had gemaakt. Daarom,
Christen mensen, weest zeker, Of ge weelde
of status bezit,- Gij die nu de
armen wilt zegenen,- Zal zelf
zegen ondervinden. *
26 december |
Hark! The herald angels sing, Refrain Hark! the herald angels sing, Christ, by highest heav’n
adored; Refrain Hail the heav’nborn Prince
of Peace! Refrain |
Hoor! De
engelenbodes zingen, "Eer aan de pasgeboren Koning; Vrede op aarde en milde genade, God en zondaars verzoend!" Al gij naties, sta vreugdevol op, Voeg u bij de triomf van de hemelen; Verklaar met de engelenschaar, "Christus is geboren in Bethlehem!" Refrein Hoor! De
engelenbodes zingen, "Glorie aan de pasgeboren Koning!" Christus, door de
hoogste hemel aanbeden; Christus de eeuwigdurende Heer; Laat in de tijd, zie hem komen, Nakomeling uit de schoot van een maagd. Zie de in vlees verhulde Goddelijkheid; Begroet de vleesgeworden Godheid, Die verkoos om als mens onder mensen te
wonen, Jezus onze Immanuel. Refrein Begroet de hemelse Prins van de Vrede! Begroet de Zoon der Gerechtigheid! Licht en leven brengt Hij aan allen, Opgestaan met genezing achter de hand. Goedaardig legt hij zijn eer opzij, Geboren, mag die man niet meer sterven. Geboren om de zonen der aarde te verheffen, Geboren om hen wedergeboorte te geven. Refrein |
In Dulci
Jubilo Let us our homage shew; Our heart’s joy reclineth In preasepio And like a bright star shineth, Matris in gremio. Alpha es et O, Alpha es et
O. O Jesu parvule! I yearn for thee alway! Hear me, I beseech thee,
O Puer optime! My prayer let it reach
thee, O Princeps gloriae! Trahe me post te! Trahe me post te! O Patris
caritas, O Nati lenitas! Deeply were stained Per
nostra crimina; But thou hast for us
gained Coelorum gaudia. O that we were there! O
that we were there! Ubi sunt gaudia, If they be not there? There are angels singing
Nova cantica, And there the bells are
ringing In Regis curia: O that we were there! O
that we were there! |
Laten wij in zoete vreugde onze eer
betonen; De vreugde van ons hart ligt In een kribbe En schijnt als een heldere ster, op Moeders
schoot. Hij is begin en einde, hij is begin en einde. O kleine Jezus! Ik verlang
altijd naar u! Hoor mij, smeek ik u, O goede Jongeling! Laat mijn gebed u bereiken, O roemrijke Prins Laat mij je volgen! Laat mij je volgen! O geliefde Vader, O zachtaardig geborene! Wij waren diep bevlekt Door onze zonden; Maar gij hebt voor ons de Hemelse vreugde
bereikt. O waren wij maar daar! O waren wij maar daar! Waar is de vreugde, Als
het daar niet is? Daar zingen Engelen Nieuwe liederen, En de klokken klinken daar In het huis van
onze Koning: O waren wij maar daar! O waren wij maar daar! (De onderstreepte delen zijn
vertalingen van het Latijn.) |
In
the bleak midwinter
In the bleak midwinter Frosty wind made moan, Earth stood hard as iron, Water like a stone; Snow on snow, Snow on snow, In the bleak midwinter, Long ago. Our God, heav'n cannot
hold him Nor the earth sustain; Heav'n and earth shall flee away When he comes to reign: In the bleak midwinter A stable place sufficed The Lord God Almighty Jesus Christ. Enough for him, whom cherubim Worship night and day, A breastful of milk, And a mangerful of hay; Enough for him, whom angels Fall down before, The ox and ass and camel Which adore. Angels and archangels May have gathered there, Cherubim and seraphim Thronged the air: But only his mother In her maiden bliss Worshipped the beloved With a kiss. What can I give him, Poor as I am? If I were a
shepherd I would bring a lamb; If I were a wise man I would do my part; Yet what I can I give him Give my heart. |
In de gure
midwinter Kreunde de
ijzige wind, De
aarde was hard als ijzer, Water als een
steen; Sneeuw op
sneeuw, Sneeuw op
sneeuw, In de gure
midwinter, Lang geleden. Onze God, de
hemel kan hem niet tegenhouden Noch kan de
aarde volharden; Hemel en
aarde zullen wegvluchten Als hij komt
heersen: In de gure
midwinter Voldeed een
plaats in de stal De Here God Almachtig Jezus
Christus. Genoeg voor
hem, die cherubijnen Dag en nacht
aanbidden, Een borst vol
met melk, Een kribbe
vol hooi, Genoeg voor
hem, waar de engelen Voor
neervallen, Wie de os en
ezel en kameel vereren. Engelen en
aartsengelen Kunnen daar
bijeengekomen zijn, Cherubijnen
en serafijnen Verdrongen
elkaar in de lucht: Maar alleen
zijn moeder In haar
maagdelijke gelukzaligheid Aanbad de
geliefde Met een kus. Wat kan ik
hem geven, Arm als ik
ben? Als ik een
herder was Zou ik een
lam brengen; Als ik een
wijs man was Zou ik mijn
bijdrage leveren; Toch, geef ik
hem wat ik kan Ik geef mijn
hart. |
I saw three
ships come sailing in, Pray, whither
sailed those ships all three? |
Ik zag drie schepen binnen komen zeilen, Op eerste kerstdag, op eerste kerstdag, Ik zag drie schepen binnen komen zeilen, Op eerste kerstdag in de morgen. En wat was er in die drie schepen? Op eerste kerstdag, enz. Onze Redder, Christus en zijn vrouwe, Op eerste kerstdag, enz. Mag ik vragen waarheen die drie schepen
voeren? Op eerste kerstdag, enz. O, ze voeren Bethlehem binnen, Op eerste kerstdag, enz. En alle klokken op aarde zullen luiden, Op eerste kerstdag, enz. En alle engelen in de hemel zullen zingen, Op eerste kerstdag, enz. En alle zielen op aarde zullen zingen, Op eerste kerstdag, enz. Laten we ons dan allen buitengewoon
verheugen! Op eerste kerstdag, enz. |
It came upon the midnight clear, that glorious song of old, From angels bending near the earth to touch their harps of gold; 'Peace on the earth, good will to men, from heav'n's all gracious
King!' The world in solemn stillness lay to hear the angels sing. Still through the cloven skies they come, with peaceful wings unfurled; And still their heav'nly
music floats o'er all the weary world; Above its sad and lowly plains they bend on hov'ring
wing; And ever o'er its Babel sounds the blessed angels sing. Yet with the woes of sin and strife the world has suffered long; Beneath the angel strain have rolled two thousand years of wrong; And man, at war with man, hears not the love song which they bring: O hush the noise, ye men of strife, and hear the angels sing! For lo! the days are hastening on, by prophet bards foretold, When, with the ever circling years comes round the age of gold: When peace shall over all the earth its ancient splendour fling, And the whole world send back the song which now the angels sing. |
Het kwam op
de heldere middernacht, dat glorieuze
lied van weleer, Van engelen
die bij de aarde afbuigen om hun gouden
harpen aan te slaan; 'Vrede op
aarde, welbehagen in mensen, van de zeer
genadige Koning der hemelen!' De wereld lag
in plechtige stilte om de engelen
te horen zingen. Nog steeds
komen zij door de opengespleten hemel, met uitgespreide
vredige vleugels; En nog steeds
zweeft hun hemelse muziek over de hele
vermoeide wereld; Boven zijn
droevige en nederige vlaktes draaien zij
op fladderende vleugels; En boven de
Babylonische geluiden zingen altijd
de gezegende engelen. Toch, met de
ellende van zonde en strijd, heeft de
wereld lang geleden; Beneden de
inspanning van de engelen zijn
tweeduizend jaar van kwaad voortgerold. En de mens,
in oorlog met mensen, hoort het
liefdeslied niet dat zij brengen: O stop het
lawaai, jullie mensen van strijd, en hoor de
engelen zingen! Want ziet! de
dagen snellen voorbij, door profeten
voorspeld, Als, met de
steeds doordraaiende jaren het gouden
tijdperk aanbreekt: Als vrede
over de hele aarde zijn oude
glans zal werpen, En de hele
wereld het lied zal weerkaatsen dat de
engelen nu zingen. |
Jesus Child 1: Have you heard
the story that they’re telling ‘bout Bethlehem, Have you heard
the story of the Jezus child? How he came
from heaven and was born in a manger bed? Mary was his
virgin mother pure and mild. Refrain
Sing alleluia
brothers, sing alleluia sisters, Worship the Jezus child and praise his mother mild. ‘Glory to God
on high’ the angel hosts above are singing: Listen to the
story of the Jezus child. 2 Have you heard
the story of the poor humble shepherd men, Sitting on the
hillside with their flocks at night? Suddenly the
angel tells them: ‘Hurry to Bethlehem; Go and find
the Jezus child, the world’s new light.’ Refrain
3 Jezus child, lying at Bethlehem, Sleeping safe
at Mary’s knee, Save my soul
and bring me to paradise, Let me join
the angels singing glory to thee. Refrain
4 Have you heard
the story of the kings from the orient, Following the
star that’s shining over his head? Offering their
precious gifts of gold, myrrh and frankincense, Kneeling with
the ox and ass before his bed? Refrain
5 Brothers, let
us celebrate the birth of the Jezus child, Sisters, come
and welcome him, the newborn King; Praise
the Lord who sent him down from heaven at Christmas
time; Young and old
and rich and poor, his praises sing. Refrain
|
Jezus-kind 1: Heb je het verhaal gehoord dat ze vertellen
over Bethlehem, Heb je het verhaal van het Jezus-kind gehoord? Hoe
hij van de hemel kwam en geboren werd in een krib als bed? Maria was zijn maagdelijke moeder, kuis en
zacht. Refrein
Zingt halleluja broeders; zingt halleluja
zusters, Aanbidt het Jezus kind en looft zijn
zachtaardige moeder. “Glorie tot God in den hoge” zingen de
engel-scharen boven: Luister naar het verhaal van het Jezus-kind. 2 Heb je het verhaal gehoord van de arme
nederige herders, die ’s nachts in het heuvelland zaten met hun
kudden? Plotseling vertelt de engel hen:”Haast u naar Bethlehem; Ga en vindt het Jezus-kind,
het nieuwe licht der wereld. Refrein
3 Jezus-kind,
liggend in Bethlehem, Veilig slapend op Maria’s knie, Red mijn ziel en breng mij naar het paradijs, Laat mij aansluiten bij de engelen, u glorie
toezingend. Refrein
4 Heb je het verhaal gehoord van de koningen
uit het oosten, Die de ster volgden die boven zijn hoofd
scheen? Die hun kostbare gaven aanboden: goud, mirre
en wierook, Die met de os en de ezel voor zijn bed
knielden? Refrein
5 Broeders laat ons de geboorte van het Jezus-kind vieren, Zusters, komt en verwelkomt hem, de
pasgeboren Koning, Looft de Heer die hem met kerstmis uit de
hemel naar beneden heeft gezonden; Jong en oud en rijk en arm, zinge zijn lof. Refrein
|
Kings
of orient
Kings of
orient 1. We three kings of Orient are; Bearing gifts we traverse afar Field and fountain, moor and mountain, Following yonder star: Refrain: O star of wonder star of night, Star with royal beauty bright, Westward leading, still proceeding, Guide us to thy perfect light. 2. (Melchior) Born a king on Bethlehem plain, Gold I bring, to crown him again King for ever, ceasing
never, Over us all to reign: Refrain 3. (Caspar) Frankincense to offer have I; Incense owns a deity nigh: Prayer and praising, all men raising, Worship him, God most high: Refrain 4. (Balthazar) Myrrh is mine; its bitter perfume Breathes a life of gathering gloom; Sorrowing, sighing, bleeding, dying, Sealed in a stone-cold tomb: Refrain 5. (All) Glorious now behold him arise, King and God and sacrifice! Heav'n sings alleluya, Alleluya
the earth replies: Refrain |
Koningen uit
het oosten 1. Wij zijn drie
koningen uit het Oosten; Geschenken
dragend trekken wij ver weg door Veld en bron,
Moeras en
berg, Terwijl we
gindse ster volgen: Refrein: O wondere
ster, ster van de nacht, Ster met schitterende
koninklijke schoonheid, Naar het
westen leidend, rustig doorgaand, Leid ons naar
het volmaakte licht. 2.
(Melchior) Een koning
geboren op de vlakte van Bethlehem, Ik breng goud
om hem weer te kronen, Koning voor
altijd, die nooit stopt, Met over ons
allemaal te regeren. Refrein 3.
(Caspar) Ik heb
wierook te offeren; Wierook bezit
bijna goddelijkheid: Gebed en
lofprijzing, iedereen heft aan, Aanbid hem,
God de allerhoogste: Refrein 4.
(Balthazar) Mirre is van
mij; zijn bittere geur Duidt op een
leven waarin somberheid samenkomt; Treurend,
zuchtend, bloedend, stervend, Opgesloten in
een steenkoud graf: Refrein 5.
(Allen) Zie hem nu
glorieus opstaan, Koning en God
en slachtoffer! De hemel
zingt halleluja, Halleluja
antwoordt de aarde: Refrein |
Nativity Carol
Born in a stable so bare, Born so long ago; Born 'neath
light of star He who loved us so. Refrain: Far away silent he lay, Born today, your homage pay, For Christ is born for aye, Born on Christmas Day. Cradled by mother so fair, Tender her lullaby; Over her son so dear Angel hosts fill the sky. Refrain. Wise men from distant far
land, Shepherds from starry hills worship this babe so rare, Hearts with his warmth he fills. Refrain. Love in that stable was born Into our hearts to flow; Innocent dreaming babe, Make me thy love to know. Refrain. |
Geboorte
Lied Geboren
in een stal zo kaal, Zo
lang geleden geboren; Geboren
onder sterrenlicht Hij
die ons zo liefhad. Refrein: Ver
weg lag hij stil, Vandaag
geboren, breng je hulde, Want
Christus is geboren voor eeuwig, Geboren
op eerste Kerstdag. In
de wieg gelegd door een moeder zo schoon, Teder
haar wiegelied; Boven
haar zoon zo lief Vullen
engelen scharen de hemel. Refrein. Wijze
mannen uit een ver, ver land, Herders
uit heuvels onder de sterren Aanbidden
deze zo zeldzame baby, Hij
vult harten met zijn warmte. Refrein. Liefde
werd in die stal geboren Om
in onze harten te vloeien; Onschuldige
dromende baby, Laat
mij uw liefde kennen. Refrein. |
Noël nouvelet, Noël chantons ici. L'ange disait:
"Pasteurs, partez d'ici En Bethléem,
étant tous réunis, Trouvent
l'enfant, Joseph, Marie aussi. Bientôt les rois,
par l'étoile éclaircis Voici mon Dieu,
mon Sauveur Jésus Christ, |
Nieuw kerstlied, laten we hier een kerstlied
zingen. Vrome lieden, laten wij God onze dank
toeroepen Laten wij een kerstlied zingen, voor de
nieuwe koning Nieuw kerstlied, laten we hier een kerstlied
zingen. De engel zei:”Herders
vertrek van hier Met rust in je ziel en een blij hart; In Bethlehem zullen jullie het lammetje
vinden”. Nieuw kerstlied, laten we hier een kerstlied
zingen. Allen in Bethlehem weer bijeen, Vinden zij het kind, Jozef en ook Maria. De kribbe was er in plaats van een wieg, Nieuw kerstlied, laten we hier een kerstlied
zingen. Weldra kwamen de koningen, door de verlichte
ster Uit het oosten waarvandaan ze vertrokken waren Op een ochtend naar Bethlehem. Nieuw kerstlied, laten we hier een kerstlied
zingen. Hier is mijn Heer, mijn Redder Jezus Christus, Door wie het wonder voltrokken zal zijn, Ons te redden door zijn rode bloed! Nieuw kerstlied, laten we hier een kerstlied
zingen. Nieuw kerstlied, laten we hier een kerstlied
zingen. |
O come, all ye faithful, Joyful and triumphant, O come ye, o come ye to Bethlehem; Come and behold him Born the King of Angels: O come, let us adore him, Christ the Lord. God of God Light of Light, Lo! He abhors not the Virgin's womb; Very God, Begotten, not created: O come, let us adore him, Christ the Lord. See how the shepherds, Summoned to his cradle, Leaving their flocks, draw nigh with lowly fear; We too will thither Bend our joyful footsteps: O come, let us adore him, Christ the Lord. Lo! Star-led chieftains, Magi, Christ adoring, Offer him incense, gold and myrrh; We to the Christ Child Bring our heart's oblations: O come, let us adore him, Christ the Lord. Child, for us sinners Poor and in the manger, Fain we embrace thee, with awe and love; Who would not love thee, Loving us so dearly? O come, let us adore him, Christ the Lord. Sing, choirs of angels, Sing in exultation, Sing, all ye citizens of heav'n
above; Glory to God in the highest: O come, let us adore him, Christ the Lord. Yea, Lord, we greet thee, Born this happy morning, Jesu, to thee be glory giv'n; Word of the Father, now in flesh appearing: O come, let us adore him, Christ the Lord. |
O komt, allen
gij gelovigen, Blij en
triomfantelijk, O komt gij, o
komt gij naar Bethlehem; Komt en
aanschouwt hem Geboren de
Koning der Engelen: O komt, laten
wij hem aanbidden, Christus de Heer. God uit God, Licht uit
Licht, Ziet! Hij
verafschuwt de schoot van de Maagd niet; Echte God,
Geboren, niet geschapen: O komt, laten
wij hem aanbidden, Christus de Heer. Ziet hoe de
herders, Bij zijn
kribbe ontboden, Hun kudden
achterlatend, nederig bevreesd naderen; Ook wij
zullen daarheen Onze blijde
schreden richten: O komt, laten
wij hem aanbidden, Christus de Heer. Ziet!
Opperhoofden, door een ster geleid, Magiërs, die
Christus aanbidden, Offeren hem
wierook, goud en mirre; Wij brengen
het Christus Kind De offeranden
van ons hart: O komt, laten
wij hem aanbidden, Christus de Heer. Kind, voor
ons zondaars Arm en in de
kribbe, Graag
omhelzen wij u, met ontzag en liefde; Wie zou u
niet liefhebben, Die ons zo
innig lief heeft? O komt, laten
wij hem aanbidden, Christus de Heer. Zingt,
engelen koren, Zingt in
verrukking, Zingt, al gij
burgers van de hemel boven; Glorie tot
God in den hoge: O komt, laten
wij hem aanbidden, Christus de Heer. Ja, Heer, wij
begroeten u, Geboren op
deze gelukkige morgen, Jezus, aan u
zij de glorie gegeven; Woord van de
Vader, nu in vlees verschijnend: O komt, laten
wij hem aanbidden, Christus de Heer. |
O come, O
come, Emmanuel! Redeem thy
captive Israel, That into
exile drear is gone Far from the
face of God's dear Son. Rejoice!
Rejoice! Emmanuel Shall
come to thee, O Israel. O come thou
Branch of Jesse! Draw the quarry
from the lion's claw; From the dread
caverns of the grave, From nether
hell, thy people save. Rejoice!
Rejoice! Emmanuel Shall
come to thee, O Israel. O come, O
come, thou Day-spring bright! Pour on our
souls thy healing light; Dispel the
long night's ling’ring gloom, And pierce the
shadows of the tomb. Rejoice!
Rejoice! Emmanuel Shall
come to thee, O Israel. O come, thou
Lord of David's Key! The royal door
fling wide and free; Safequard for us the heav'nward road, And bar the
way to death's abode. Rejoice!
Rejoice! Emmanuel Shall
come to thee, O Israel. O come, O
come, Adonai, Who in thy
glorious majesty From that high
mountain clothed with awe Gavest thy folk the elder law. Rejoice!
Rejoice! Emmanuel Shall
come to thee, O Israel. |
O kom, O kom Immanuël! Verlos uw gevangen Israël, Dat in treurige ballingschap is gegaan ver van het aangezicht van God's lieve zoon. Verheug u! Verheug u! Immanuël zal tot u komen, o Israël! O kom, Gij afstammeling van Isai! Trek de prooi weg van de leeuwenklauw; Uit de gevreesde spelonken van het graf, Verlos uw volk van de hel beneden. Verheug u! Verheug u! Immanuël
zal tot u komen, o Israël! O kom, o kom Gij heldere Dageraad! Stort Uw helende licht op onze zielen; Verdrijf de slepende somberheid van de lange
nacht, En doorbreek de schaduwen van het graf. Verheug u! Verheug u! Immanuël
zal tot u komen, o Israël! O kom, Gij Heer van Davids afstamming! Gooi de koninklijke deur wijd en vrij open; Beveilig voor ons de weg hemelwaarts, En versper de weg naar het rijk van de dood. Verheug u! Verheug u! Immanuël
zal tot u komen, o Israël! O kom, o kom, Adonai
(Hebr.: mijn Heer), Die in Uw heerlijke majesteit Van die hoge berg, bekleed met ontzag Uw volk de oudste wet gaf. Verheug u! Verheug u! Immanuël
zal tot u komen, o Israël! |
Of
the father's heart begotten
Of the father's heart begotten Ere the world from chaos rose, He is Alpha: from that Fountain All that is and has been flows; He is Omega, of all things Yet to come the mystic Close, Evermore and evermore. By his word was all created; He commanded and 't was done; Earth and sky and boundless ocean, Universe of three in one, All that sees the moon's soft radiance, All that breathes beneath the sun, Evermore and evermore. He assumed this mortal body, Frail and feeble, doomed to die That the race from dust created Might not perish utterly, Which the dreadful Law had sentenced In the depth of hell to lie, Evermore and evermore. O how blest that wondrous birthday, When the Maid the curse retrieved, Brought to birth mankind's salvation, By the Holy Ghost conceived; And the Babe, the world's Redeemer, In her loving arms received, Evermore and evermore. This is He, whom seer and sybil Sang in ages long gone by; This is he of old revealed In the page of prophecy; Lo! He comes, the promised Saviour; Let the world his praises cry! Evermore and evermore. Sing, ye heights of heav'n,
his praises; Angels and archangels, sing! Wheresoe'er ye
be, ye faithful, Let your joyous anthems ring, Ev'ry
tongue his name confessing, Countless voices answering, Evermore and evermore. |
Uit het
vaderhart voortgebracht Eer de wereld
uit chaos verrees, Hij is Alfa:
uit die Fontein vloeit Alles wat is
en geweest is; Hij is Omega,
van alle dingen Die nog komen
het verborgen Einde, Voor eeuwig
en eeuwig. Door zijn
woord werd alles geschapen; Hij gebood en
't werd gedaan; Aarde en
hemel en grenzeloze oceaan, Wereld van
drie in één, Alles dat het
zachte schijnsel van de maan ziet, Alles dat ademt onder de zon, Voor eeuwig
en eeuwig. Hij nam dit
sterfelijke lichaam aan, Broos en
zwak, gedoemd om te sterven Zodat het uit
stof geschapen ras Niet uiteindelijk
zou vergaan, Dat het
vreselijke Gerecht had veroordeeld Om in de
diepte van de hel te liggen, Voor eeuwig
en eeuwig. O hoe
gezegend die wondere verjaardag, Toen de Maagd
de vloek ongedaan maakte, De redding
van de mensheid baarde, Door de Heilige
Geest zwanger geworden; En de Baby,
de Verlosser van de wereld, In haar
liefhebbende armen ontving, Voor eeuwig
en eeuwig. Dit is Hij,
over wie ziener en profetes Zongen in
lang voorbije eeuwen; Dit is hij in
de oudheid geopenbaard Op de
bladzijden der profetieën; Zie! Hij
komt, de beloofde Redder; Laat de
wereld zijn lof uitroepen! Voor eeuwig
en eeuwig. Zingt, gij
hoogte van de hemel, zijn lof; Engelen en
aartsengelen, zingt! Waar ge ook
bent, gij gelovige, Laat uw
blijde lofzangen klinken, Elke tong
zijn naam belijdend, Talloze stemmen antwoordend, Voor eeuwig en eeuwig. |
O little one
sweet,
|
O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje, Gij
hebt uw vaders doel vervuld; Gij kwaamt uit de hemel om sterfelijkheid te kennen, Om
gelijk te zijn aan ons arme mensen, O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje. O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje, Met
vreugde hebt gij de hele wereld vervuld; Gij kwaamt hier uit het hemelse domein, Om
mensen troost te brengen in hun pijn, O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje. O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje, In u
komt alle schoonheid van de Liefde samen; Ontsteek
dan in ons de heldere vlam van uw liefde, Opdat
wij u hetzelfde kunnen teruggeven. O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje. O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje, Help
ons om te doen wat gij gewild hebt. Ziet,
alles wat wij hebben behoort u toe! Ach,
houd ons aan onze trouw! O lief
kleintje, O
onschuldig kleintje. |
O little town of Bethlehem, How still we see thee lie! Above thy deep and dreamless
sleep The silent stars go by. Yet in the dark streets shineth The everlasting light; The hopes and fears of all the
years Are met in thee tonight. O morning stars, together Proclaim the holy birth, And praises sing to God the King, And peace to men on earth; For Christ is born of Mary; And, gathered all above While mortals sleep, the angels
keep Their watch of wond'ring love. How silently, how silently, The wondrous gift is giv'n! So God imparts to human hearts The blessings of his heav'n. No ear may hear him coming; But in this world of sin, Where meek souls will receive
him, Still the dear Christ enters in. O holy Child of Bethlehem, Descend to us, we pray: Cast out our sin, and enter in, Be born in us today. We hear the Christmas angels The great glad tidings tell: O come to us, abide with us, Our Lord Emmanuel. |
O
kleine stad Bethlehem, Hoe
stil zien we u liggen! Boven
uw diepe en droomloze slaap Gaan
de stille sterren voorbij. Toch,
in uw donkere straten schijnt Het
eeuwigdurende licht; Aan
de hoop en vrees van alle jaren Wordt
vannacht in u tegemoet gekomen. O
morgensterren verkondigt Tezamen
de heilige geboorte, En
zingt lof tot God de Koning, En
vrede voor mensen op aarde; Want
Christus is geboren uit Maria; En,
allen boven bijeen, Terwijl
stervelingen slapen, houden De
engelen hun wacht met verwonderende liefde. Hoe
stil, hoe stil, Wordt
de wonderbaarlijke gift gegeven! Zo
schenkt God aan menselijke harten De
zegeningen van zijn hemel. Misschien
hoort geen oor hem komen; Maar
in deze zondige wereld, Waar
deemoedige zielen hem zullen ontvangen, Komt
de lieve Heer toch binnen. O
heilig Kind uit Bethlehem, Daal
tot ons af, wij bidden: Drijf
onze zonden uit, en kom binnen, Wees
vandaag in ons geboren. Wij
horen de kerst‑engelen De
grote blijde boodschap vertellen: O
kom tot ons, blijf bij ons, Onze
Heer Immanuel. |
Once in royal David's city Stood a lowly cattle shed, Where a mother laid her baby In a manger for his bed: Mary was that mother mild, Jesus Christ her little child. He came down to earth from heaven Who is God and Lord of all, And his shelter was a stable, And his cradle was a stall; With the poor and mean and lowly Lived on earth our Saviour holy. And through all his wondrous childhood He would honour and obey, Love and watch the lowly maiden, In whose gentle arms he lay: Christian
children all must be Mild, obedient, good as he. For he is our childhood's pattern, Day by day like us he grew, He was little, week, and helpless, Tears and smiles like us he knew: And he feeleth for our
sadness, And he shareth in our
gladness. And our eyes at last shall see him, Through his own redeeming love, For that child so dear and gentle Is our Lord in heaven above. And he leads his children on To the place where he is gone. Not in that poor lowly stable, With the oxen standing by, We shall see him; but in heaven, Set at God's right hand on high; Where like stars his children crowned All in white shall wait around. |
In de
koninklijke stad van David stond eens
een nederige veeschuur, Waar een
moeder haar baby in een Kribbe legde
als bed: Maria was die
zachtaardige moeder, Jezus
Christus haar kleine kind. Hij die God
is en Heer van allen, daalde naar
de aarde af uit de hemel, en zijn
onderkomen was een stal, en zijn wieg
was een plek in een stal; Met de armen
en de geringen en nederigen
leefde onze
heilige Redder op aarde. En zijn hele
wondere kindsheid door zou hij eren
en gehoorzamen, liefhebben en
in 't oog houden, de nederige
maagd in wier tedere armen hij lag: Christenkinderen
moeten allemaal zachtaardig,
gehoorzaam en goed zijn zoals hij. Want hij is
het voorbeeld voor onze kindsheid, dag na dag
groeide hij zoals wij, hij was
klein, zwak en hulpeloos, tranen en
glimlachen kende hij als wij: en hij voelt
onze droefheid aan, en hij deelt
in onze blijdschap. En
uiteindelijk zullen onze ogen hem zien, door zijn
eigen bevrijdende liefde, want dat kind
zo lief en teder is onze Heer
in de hemel boven. en hij leidt
zijn kinderen voort naar de
plaats waarheen hij gegaan is. Niet in die
arme nederige stal, met de koeien
er bij staand, zullen wij
hem zien; maar in de hemel, gezeten aan God's rechterhand in den hoge; waar zijn
kinderen als sterren gekroond allemaal in
het wit zullen rondlopen. |
Quem pastores laudavere,
quibus angeli dixere, absit
vobis jam timere, natus
est rex glorić. Ad quem magi ambulabant, aurum,
thus, myrrham portabant, immolabant
hćc sincere Nato
regi gloriae. Christo regi, Deo nato, per Mariam nobis dato, merito
resonet vere, Laus
honor et gloria. |
Degene
die door de herders aanbeden werd, waarvan
de engelen zeiden:
weest nu niet bang,
de koning van de glorie is geboren" Naar wie
de wijzen toegingen om goud,
wierook en mirre te brengen welke ze
met open hart offerden Glorie aan de pasgeboren koning. Van
Christus de Koning, geboren God welke
ons door Maria gegeven is. Moeten
wij de verdienste zingen, Lof, eer
en glorie. |
Sans
Day Carol
Sans Day Carol 1. Now the holly bears a berry as white as the milk, who was wrapped up in silk: And Mary bore Jesus Christ our Saviour for to be, it was the holly, holly, holly! it was the holly! as green as the grass, who died on the cross: 3. Now the holly bears a berry as black as the coal, who died for us all: Chorus 4. Now the holly bears a berry, as blood is it red, who rose from the dead: Chorus |
Kerstlied uit
Sans Day 1. Nu draagt
de hulst een bes zo wit als de
melk, En Maria
baarde Jezus, die in zijde
gewikkeld werd: Refrein: En Maria
baarde Jezus Christus om onze
redder te zijn, En de eerste
boom in het groene woud, het was de
hulst, hulst, hulst! En de eerste
boom in het groene woud, het was de
hulst! 2. Nu draagt
de hulst een bes zo groen als
het gras, En Maria
baarde Jezus, die aan het
kruis stierf: Refrein 3. Nu draagt de
hulst een bes zo zwart als
kool, En Maria
baarde Jezus, die stierf
voor ons allen: Refrein Nu draagt de
hulst een bes, hij is zo
rood als bloed, Dus laten we
onze Redder vertrouwen, die opstond
uit de dood: Refrein |
De Sans Day Carol, of St Day Carol is één van
de vele Christmas carols uit Cornwall, geschreven
in de 19e eeuw. Deze carol en melodie werd voor het
eerst opgeschreven na het zingen ervan door een dorpeling in St Day in de
gemeente Gwennap, Cornwall. |
See
amid the winter's snow
See amid the winter's snow, Born for us on earth below; See the tender Lamb appears, Promis'd
from eternal years: Refrain: Hail, thou
ever blessed morn: Hail,
redemption's happy dawn; Sing through
all Jerusalem, Christ is born
in Bethlehem. Lo, within a manger lies He who built the starry skies; He who, throned in height sublime, Sits amid the cherubim: Refrain: Say, ye holy shepherds, say What your joyful news today: Wherefore have you left your sheep On the lonely mountain steep? Refrain: 'As we watch'd at dead of
night, Lo, we saw a wondrous light; Angels singing "Peace on earth" Told us of the Saviour's birth: Refrain: Sacred infant, all divine, What a tender love was thine, Thus to come from highest bliss Down to such a world like this: Refrain: Teach, O teach us, Holy Child, By thy face so meek and mild, Teach us to resemble thee, In thy sweet humility: Refrain: |
Zie temidden van de wintersneeuw, Geboren voor
ons beneden op aarde; Zie het
tedere Lam verschijnt, Eeuwen
geleden beloofd: Refrein Heil, gij
altijd gezegende morgen: Heil,
gelukkige dageraad van verlossing; Zing door
heel Jeruzalem, Christus
is geboren in Bethlehem Kijk, in een
kribbe ligt Hij die de
sterrenhemel bouwde; Hij die, op
verheven troon, Tussen de
engelen zit: Refrein Zeg, gij
heilige herders, zeg Wat is je
blijde nieuws vandaag: Waarom hebben
jullie je schapen Op de eenzame
steile berg gelaten? Refrein 'Toen we in
het holst van de nacht de wacht hielden, Zie, we zagen
een verwonderlijk licht; Engelen
zingend "Vrede op aarde" Vertelden ons
over de geboorte van de Heiland: Refrein Geheiligd
kind, helemaal goddelijk, Wat een
tedere liefde had gij, Om zo van
hoogste zaligheid omlaag te komen naar een
wereld als deze: Refrein Leer, O leer
ons, Heilig Kind, Door uw zacht
en goedaardig aangezicht, Leer ons op u
te gelijken, in uw lieve
nederigheid: Refrein |
SIR CHRISTČMAS Nowell, nowell, nowell, nowell, nowell, nowell, nowell, nowell, Who is there
that singeth so, Nowell, nowell, nowell, nowell, I am here, Sir
Christčmas, Sir Christčmas, Sir Christčmas. Welcome, my
Lord Sir Christčmas! Welcome to
all, both more and less, Come near,
come near, come near 5x Nowell, nowell, nowell, nowell 8x Dieu vous garde, beaux sieurs, tidings I you
bring : A maid hath
borne a child full young, which causeth you to sing Nowell, nowell, nowell, nowell 8x Christ is now
born of a pure maid; In an oxstall he is laid, Wherefore sing
we at a brayde: Nowell, nowell, nowell, nowell 8x Buvez bien, buvez
bien par toute la compagnie Make good
cheer and be right merry, And sing with
us now joyfully, joyfully, joyfully Nowell, nowell, nowell, nowell 8x |
HEER KERSTMIS Nowell, nowell, nowell, nowell, nowell,
nowell, nowell, nowell Wie is daar die zo zingt, Nowell,
nowell, nowell, nowell, Ik ben er, Heer Kerstmis, Heer Kerstmis, Heer Kerstmis. Welkom, mijn Heer, Heer Kerstmis! Welkom aan allen, meerderen en minderen, Kom dichterbij, kom dichterbij. 5x Nowell,
nowell, nowell, nowell 8x God hoede u, mooie heren, ik breng u nieuws: Een maagd heeft een zeer jong kind gebaard,
wat veroorzaakt dat je nu zingt Nowell,
nowell, nowell, nowell 8x Christus is nu geboren uit een reine maagd; In een koeienstal is hij neergelegd, Waarom wij luide zingen: Nowell,
nowell, nowell, nowell 8x Drink maar flink, drink maar flink met het
hele gezelschap Maak goede sier en wees echt vrolijk, En zing met ons nu vreugdevol, vreugdevol,
vreugdevol Nowell, nowell, nowell, nowell 8x |
*Nowell is een
middeleeuwse vreugderoep die in engelse
kerstliederen nog gebruikt wordt. Hiervoor is geen goede vertaling. In het
Frans is dit Noël geworden, het woord voor kerstfeest. |
Stille Nacht, heilige Nacht! Stille Nacht, heilige Nacht! |
Stille
nacht, heilige nacht! Alles
slaapt, eenzaam waakt Alleen
het lieve, heel heilige paar. Lief
jongetje met krullend haar, Slaap
in hemelse rust, Slaap
in hemelse rust. Stille
nacht, heilige nacht! Aan
herders het eerst verkondigd, Door
de engel Halleluja Klinkt
het luid van ver en nabij: Christus,
de redder is daar! Christus,
de redder is daar! |
Sunny
Bank
Sunny Bank As I sat on a sunny bank, On Christmas Day, in the morning, On Christmas Day in the morning. And who should be with those three ships, But Joseph
and his fair lady! On Christmas Day in the morning. And all the bells on earth did ring, On Christmas Day in the morning. On Christmas day in the morning. |
Zonnige oever Terwijl ik op
een zonnige oever zat, Op eerste
kerstdag, in de ochtend, Zag ik drie
schepen komen aanzeilen Op eerste
kerstdag, in de morgen. En wie anders
zou er bij die drie schepen zijn, Dan Jozef en
zijn mooie vrouw! O hij floot
en zij zong, Op eerste
kerstdag, in de morgen. En al de
klokken op aarde luidden, Op eerste
kerstdag, in de ochtend. Uit vreugde
dat hij, onze Redder, geboren was Op eerste kerstdag, in de morgen. |
Sussex carol On Christmas
night all Christians sing, To hear the
news the angels bring. News of great
joy, news of great mirth, News of our
merciful King's birth. Then why
should men on earth be so sad, Since our
redeemer makes us glad, When from our
sin he set us free, All for to
gain our liberty? When sin
departs before his grace, Then life and
health come in its place; Angels and men
with joy may sing, All for to see
the newborn King. All out of
darkness we have light, Which made the
angels sing this night: "Glory to
God and peace to men, Now and for
evermore. Amen". |
Lied uit Sussex In de kerstnacht zingen alle christenen, Om het nieuws te horen dat de engelen
brengen. Nieuws van grote vreugde, nieuws van grote
vrolijkheid, nieuws van de geboorte van onze barmhartige
Koning. Waarom moeten mensen op aarde dan zo droevig
zijn, terwijl onze verlosser ons blij maakt, wanneer hij ons bevrijdt van onze zonde, dat alles om onze vrijheid te verwerven? Als zonde verdwijnt voor zijn genade, komen leven en gezondheid in zijn plaats; Engelen en mensen mogen met vreugde zingen, allemaal om het zien van de nieuwgeboren
Koning. Helemaal uit duisternis hebben we licht, dat de engelen deze nacht deed zingen: "Glorie tot God en vrede voor mensen, nu en voor eeuwig. Amen". |
THE CHERRY
TREE CAROL Joseph was an
old man, And an old man
was he, When he
married Mary In the land of
Galilee And as they
were walking Through an
orchard so good Where were
cherries and berries As red an any
blood. O then bespoke
Mary, With words
both meek and mild, ‘Pluck me one
cherry, Joseph; For that I am
with child’. ‘Go to the
tree then, Mary, And it shall
bow to thee; And you shall
gather cherries By one, by to,
by three’. Then bowed
down the highest tree Unto our
Lady’s hand; ‘See’, Mary
cried, ‘see, Joseph, I have
cherries at command’. ‘O eat your
cherries, Mary, O eat your
cherries now; O eat your
cherries, Mary, That grow upon
the Bough’. Then Mary
plucked a cherry, As red as any
blood, Then Mary went
she homewards All with her
heavy load. |
HET KERSENBOOM KERSTLIED Jozef was een oude man, En een oude man was hij, Toen hij trouwde met Maria In het land Gallilea En terwijl zij liepen Door een goede boomgaard Waar kersen en bessen hingen Zo rood als elk bloed. O toen vroeg Maria, Met nederige en milde woorden, ‘Pluk één kers voor me, Jozef; Omdat ik hoogzwanger ben’. ‘Ga maar naar de boom toe, Maria, En hij zal naar u buigen; En ge zult kersen plukken Bij één, bij twee, bij drie tegelijk’. Toen boog de hoogste boom omlaag Naar de hand van onze Vrouwe; ‘Kijk”, riep Maria, ‘kijk, Jozef, Ik heb kersen ter beschikking’. ‘O eet je kersen, Maria, O eet je kersen nu; O eet je kersen, Maria, Die groeien aan de tak’. Toen plukte Maria een kers, Zo rood als elk bloed, Toen ging Maria naar huis Met haar zware last. |
|
1. De
gezegende zoon van God Lag
maar armoedig in een volle voerbak; Met
ons arme vlees en ons arme bloed Was
die eeuwigdurende goedheid bekleed. Kyrieleis 2. De
Heer Chrisus Jezus, Gods lieve zoon, Was
een gast en een vreemdeling hier; Om ons
uit de misčre te halen, Zodat
wij eeuwig zouden kunnen leven. Kyrieleis 3.Dit
alles deed hij royaal voor ons, Om
zijn grote genade te tonen; Laat
de hele christenheid daarom blij zijn, En hem
voor altijd dank zeggen, Kyrieleis |
The first Nowell the angel did say Was to certain
poor shepherds in fields as they lay; In fields
where they lay, keeping their sheep, On a cold
winter's night that was so deep: Refrain: Nowell, nowell, nowell, nowell, Born is the
King of Israel. They looked up
and saw a star, Shining in the
east, beyond them far; And to the
earth it gave great light, And so it
continued both day and night: Refrain And by the
light of that same star, Three wise men
came from country far; To seek for a
king was their intent, And to follow
the star wherever it went: Refrain This star drew
nigh to the north-west; O'er Bethlehem
it took its rest, And there it
did both stop and stay Right over the
place where Jesus lay: Refrain Then enter'd in those wise men three, Full rev'rently up on their knee, And offer'd there in his presence Their gold and
myrrh and frankincense: Refrain Then let us
all with one accord Sing praises to
our heav'nly Lord, That hath made
heav'n and earth of naught, And with his
blood mankind hath bought: Refrain |
De eerste "vreugderoep" die de
engel zei Was tot zekere arme herders die in de velden
lagen; In velden waar ze lagen, hun schapen hoedend, Diep in een koude winternacht: Refrein: Nowell, nowell, nowell, nowell, Geboren is de Koning van Israël. Ze keken op en zagen een ster, Schijnend in het oosten, ver voorbij hen; En op de aarde gaf het een groot licht, En zo ging het dag en nacht door: Refrein En bij het licht van diezelfde ster, Kwamen drie wijze mannen uit een ver land; Naar een koning te zoeken was hun bedoeling, En om de ster te volgen waarheen hij ook
ging: Refrein Deze ster trok bijna naar het noordwesten; Boven Bethlehem nam hij zijn rust, En daar stopte hij en bleef staan Precies boven de plek waar Jezus lag: Refrein Toen gingen die drie wijze mannen naar
binnen, Heel eerbiedig op hun knieën, En offerden daar in zijn aanwezigheid Hun goud en mirre en wierook: Refrein Laten wij dan allen éénstemmig Lof zingen tot onze hemelse Heer, Die hemel en aarde gemaakt heeft uit niets, En met zijn bloed de mensheid gekocht heeft: Refrein |
*Nowell is een middeleeuwse vreugderoep die in Engelse
kerstliederen nog gebruikt wordt. Hiervoor is geen goede vertaling. In het
Frans is dit Noël geworden, het woord voor kerstfeest. |
The holly and the ivy, When they are both full grown, Of all the trees that are in the wood, The holly bears the crown. Chorus: The rising of the sun, And the running of the deer, The playing of the merry organ, Sweet singing in the choir. The holly bears a blossom, As white as the lily flower; And Mary bore sweet Jesus Christ, To be our sweet Saviour. Chorus
The holly bears a berry, As red as any blood; And Mary bore sweet Jesus Christ, For to do us sinners good. Chorus The holly bears a prickle, As sharp as any thorn, And Mary bore sweet Jesus Christ, On Christmas Day in the morn. Chorus The holly bears a bark, As bitter as any gall; And Mary bore sweet Jesus Christ, For to redeem us all. Chorus |
De hulst en
de klimop, Als ze beide
volgroeid zijn, Van alle
bomen in het bos, Draagt de
hulst de kroon. Refrein: De opkomst
van de zon, En het
rennen van het hert, Het spelen
van het vrolijke orgel, Lieflijk
gezang in het koor. De Hulst
draagt een bloesem, Zo wit als de
leliebloem, En Maria
droeg de lieve Jezus Christus, Om onze
redder te zijn. Refrein De hulst
draagt een bes, zo rood als
elk bloed; En Maria
droeg de lieve Jezus Christus, Om ons
zondaars goed te doen. Refrein
De hulst
draagt een stekel, Zo scherp als
elke doorn, En Maria
droeg de lieve Jezus Christus, Op kerstdag
in de morgen. Refrein
De hulst
draagt een bast, Zo bitter als
elke gal; En Maria droeg
de lieve Jezus Christus, Om ons allen
te verlossen. Refrein
|
The Infant King Sing lullaby! Lullaby baby, now reclining, Sing lullaby! Hush, do not wake the Infant King. Angels are watching, stars are shining Over the place where he is lying: Sing lullaby! Sing lullaby! Lullaby baby, now asleeping, Sing lullaby! Hush, do not wake the Infant King. Soon will come sorrow with the morning, Soon will come bitter grief and weeping: Sing lullaby! Sing lullaby! Lullaby baby, now adozing, Sing lullaby! Hush, do not wake the Infant King. Soon comes the cross, the nails, the piercing, Then in the grave at last reposing: Sing lullaby! Sing lullaby! Lullaby! Is the babe awaking? Sing lullaby! Hush, do not stir the Infant King. Dreaming of Easter, gladsome morning Conquering Death, its bondage breaking: Sing lullaby! |
De Kindkoning Zing slaap maar! Slaap maar, baby die nu ligt
te rusten, Zing slaap maar! Sst, maak de Kindkoning
niet wakker. Engelen houden de wacht, sterren schijnen Boven de plek waar hij ligt:: Zing slaap maar. Zing slaap maar!
Slaap maar, baby die nu slaapt, Zing slaap maar! Sst, maak de Kindkoning
niet wakker. Spoedig zal de ellende komen in de morgen, Spoedig zal bitter verdriet en wenen komen: Zing slaap maar! Zing slaap maar! Slaap maar, baby die nu
ingedut is, Zing slaap maar! Sst, maak de Kindkoning
niet wakker. Spoedig komt het kruis, de spijkers, de
doorboring, Dan in het graf eindelijk rustend, Zing slaap maar! Zing slaap maar! Slaap maar! Wordt de baby
wakker? Zing slaap maar! Sst, beweeg de Kindkoning
niet. Dromend van Pasen, blijde morgen De Dood overwinnend, zijn banden brekend, Zing Slaap maar! |
The Lord at
first did Adam make Out of the dust and clay, And in his nostrils breathed life E’en as
the scriptures say. And then in Eden’s paradise He placed him to dwell, That he within it should remain, To dress and keep it well: Now let good Christians all begin An holy life to live, And to rejoice and merry be, For this is Christmas Eve. And thus within the garden he Was set there-in to stay; And in commandment unto him These words the Lord did say: “The fruit which in the garden grows to thee shall be for meat, except the tree in the midst there-of, of which thou shalt not eat:” Now let good Christians …. “For in the day thou shalt it touch or dost to it come nigh, If so thou do but eat there-of Then thou shalt surely die.” But Adam he did take no heed Unto that only thing, But did transgress God’s holy law, And so was wrapt in sin: Now let good Christians ….. Now mark the goodness of the Lord, Which he for mankind bore; His mercy soon he did extend, Lost man for to restore; And then, for to redeem our souls From death and hellish thrall, He said his own dear Son should be The saviour of us all: Now let good Christians …… |
Eerst maakte
de Heer Adam Uit stof en
klei, En blies
leven in zijn neusgaten Zoals de
schriften zeggen. En toen zette
hij hem in Edens Paradijs om
te wonen, Dat hij er
binnen zou blijven, Om het te
bewerken en goed te bewaren. Laat goede
Christenen nu allemaal beginnen Een heilig
leven te leven, En zich te
verheugen en vrolijk te zijn, Want het is
Kerstavond. En zo werd
hij in tuin gezet Om er in te
blijven; En als gebod
voor hem Sprak de Heer
deze woorden: “Het fruit
dat in de tuin groeit zal voor u
als voedsel dienen, behalve de
boom in het midden er van, waarvan gij
niet zult eten:” Laat goede
Christenen nu …. “Want op de
dag dat gij die aan zult raken of er dicht
bij komt, als gij dat
doet of er van eet dan zult gij
zeker sterven.” Maar Adam,
hij sloeg geen acht Op die ene
zaak, Maar overtrad
Gods heilige wet, En werd zo
gewikkeld in zonde: Laat goede
Christenen nu …. Let nu op de
goedheid van de Heer, Die hij de
mensheid toedroeg; Zijn genade
bewees hij spoedig, Om de
verloren mens te vernieuwen; En toen, om
onze zielen te bevrijden Van dood en
helse slavernij, Zei hij dat
zijn eigen Zoon de redder Van ons allen
zou zijn: Laat goede
Christenen nu …. |
The Three Kings Three kings from Persian
lands afar To Jordan follow the
pointing star: And this the quest of
travellers three, Where the new-born King
of the Jews may be. Full royal gifts they
bear for the King; Gold, incense, myrrh are
their offering. How brightly shines the
morning star! With grace and truth from
haev'n afar Our Jesse tree now bloweth. The star shines out with
a steadfast ray; The kings to Bethlehem
make their way, And there in worship they
bend the knee, As Mary's child in her
lap they see; Their royal gifts they
show the King; Gold, incense, myrrh are
their offering. Of Jacob's stem and
David's line, For thee, my Bride-groom,
King divine, My soul with love o'erfloweth. Thou child of man, lo, to
Bethlehem The kings are trav'lling, travel with them! The star of mercy, the
star of grace, Shall lead thy heart to
its resting place. Gold, incense, myrrh thou
canst not bring; Offer thy heart to the
infant King, Offer thy heart! Thy word, Thy word, Jesu,
Jesu, Inly feeds us, Rightly
leads us, Life bestowing. Praise, O praise such
love o'erflowing |
De
Drie Koningen Drie
koningen uit verre Perzische landen Volgen
de wijzende ster naar de Jordaan: En dit
is het onderzoek van de drie reizigers, Waar
de nieuwgeboren koning der Joden kan zijn. Zeer
koninklijke gaven dragen zij voor de Koning; Goud,
wierook, mirre zijn hun offergaven. Hoe
helder schijnt de morgenster! Met
genade en waarheid van de verre hemel Bloeit
onze stam van Isai nu. De
ster schijnt met een standvastige straal; De
koningen vinden hun weg naar Bethlehem, En
daar buigen zij in aanbidding de knieën, Als ze
Maria's kind op haar schoot zien; Hun
koninklijke gaven tonen zij de Koning; Goud,
wierook en mirre zijn hun offeranden. Uit
Jacobs stam in de lijn van David, Voor
u, mijn Bruidegom, Goddelijke Koning, Stroomt
mijn ziel over van liefde. Gij
mensenkind, zie, naar Bethlehem Reizen
de koningen, reis met ze mee! De
ster van barmhartigheid, de ster van genade, Zal uw
hart naar zijn rustplaats leiden. Goud,
wierook en mirre kunt gij niet meebrengen; Offer
uw hart aan de kind-Koning, Offer
uw hart! Uw
woord, Uw woord, Jezus, Jezus, Voedt
ons innerlijk, leidt ons goed, Geeft
leven. Looft,
o looft zulke overvloedige liefde. |
There is no rose of such vertu For in this rose conteined
was Heaven and earth in litel
space, By that rose we may well see The aungels sungen the shepherds to: Leave we all this werldly
mirth, Alleluia, resmiranda,
Pares forma, Gaudeamus, |
Er is geen
roos van zulk een deugd Want in deze
roos waren vervat Door die roos
kunnen we goed inzien De engelen
zongen tot de herders: Laten we deze
wereldlijke vrolijkheid achter ons laten Halleluja!
Wonderlijk ding, gelijk in natuur, laten we ons
verheugen, |
Tomorrow
shall be my dancing day: I would my true love did so chance To
see the legend of my play, To call
my true love to my dance: Sing,
o my love, my love; This
have I done for my true love. Then
was I born of a virgin pure, Of
her I took fleshly substance; Thus
was I knit to man's nature, To
call my true love to my dance: Sing,
o my love, my love; This
have I done for my true love. In
manger laid and wrapped I was, So
very poor, this was my chance, Betwixt
an ox and a silly poor ass, To
call my true love to my dance: Sing,
o my love, my love; This
have I done for my true love. Then
afterwards baptized I was The
Holy Ghost on me did glance My
Fathers voice heard from above, To
call my true love to my dance: Sing,
o my love, my love; This
have I done for my true love. |
Morgen zal mijn dansfeest zijn: Ik wou dat mijn geliefde de kans greep Om de betekenis in te zien van mijn
optreden, Om mijn geliefde op te roepen tot mijn
feest: Zing, o mijn lief, mijn lief; Dit heb ik voor mijn geliefde gedaan. Toen ben ik geboren uit een reine
maagd, Van haar nam ik vleselijke gedaante
aan; Zo werd ik verbonden aan de menselijke
aard, Om mijn geliefde op te roepen tot mijn
feest: Zing, o mijn lief, mijn lief; Dit heb ik voor mijn geliefde gedaan. In een kribbe werd ik gelegd en in
doeken gewikkeld, Zo vreselijk arm, dit was mijn lot, Tussen een os en een onnozele arme
ezel, Om mijn geliefde op te roepen tot mijn
feest: Zing, o mijn lief, mijn lief; Dit heb ik voor mijn geliefde gedaan. Toen werd ik later gedoopt De Heilige Geest keek naar mij, Mijn Vaders stem, gehoord van boven, Om mijn geliefde op te roepen tot mijn
feest Zing, o mijn lief, mijn lief Dit heb ik voor mijn geliefde gedaan. |
In dit poëtische lied is de ik‑figuur Jezus Christus, terwijl Zijn "geliefde"de mensheid is. Deze beeldspraak wordt ook op diverse plaatsen in de bijbel gebruikt. Met "dancing day" en "dance" (nogal vrij vertaald met "dansfeest" en "feest") wordt het moment
bedoeld, waarop de mensheid (geliefde) zich helemaal tot Jezus bekeert. |
Torches,
torches, run with torches
Sing,
my friends, and make you merry, |
Toortsen, toortsen, ren met toortsen de hele weg naar Bethlehem! Christus is geboren en ligt nu te slapen: Kom en zing je lied voor hem! Ah, ro-ro,
ro-ro mijn baby terwijl wij voor jou ons roro zingen. Zing, mijn vrienden, en maak je
vrolijk, Vreugde en blijdschap, en dan
weer vreugde: Kijk, hij leeft, de Koning van de
hemel, Nu en altijd. Amen, |
1. Unto us is
born a Son, 2. Christ,
from heav'n descending low 3. This did
Herod sore affray, 4. Of His love
and mercy mild 5. O and A,
and A and O, |
Ons is een zoon geboren, Koning van hemelse koren: zie, Zijn leven begon op aarde, van alle heersers de eeuwige Heer, van alle heersers de eeuwige Heer. Christus, vanuit de hemel neerdalend, wordt op aarde een vreemdeling; os en ezel kennen hun eigenaar, wordt gewiegd in een voerbak, wordt gewiegd in een voerbak. Dit deed Herodes pijnlijk schrikken, en bracht hem gruwelijk in de war, zo gaf hij opdracht om te moorden, en vermoordde de kleine kinderen, en vermoordde de kleine kinderen. Over Zijn liefde en barmhartige genade gaat dit Kerstverhaal; en oh, dat Maria’s lieve kind ons omhoog mag leiden naar glorie! ons omhoog mag leiden naar glorie! O en A, en A en
O,* met koorgezang, laat ons vrolijke orgel spelen, Laten wij de Heer loven. * A en O staan hier voor Alfa en Omega, het
begin en het einde. Vrije vertaling van het laatste couplet:
Laten we met koorzang en
vrolijk orgelspel Hem, die Begin en Einde is loven.
Geloofd zij De Heer. |
Wexford Carol Traditional
Irish Good people
all, this Christmas-time, |
Kerstlied
uit Wexford Traditioneel Iers Goede mensen allemaal, in deze kersttijd, Overweeg goed en onthoud wat onze goede God voor ons heeft gedaan door zijn geliefde Zoon te zenden. Met heilige Maria moeten we met liefde tot God bidden op deze kerstdag; In Bethlehem op die morgen werd een gezegende Messias geboren. De nacht voor die blijde gebeurtenis, waren de edele Maagd en haar begeleider een lange tijd overal aan het zoeken om onderdak te vinden in de stad. Maar let op hoe alles gebeurde: Van elke deur geweerd helaas! Zoals lang voorspeld, was hun toevlucht slechts een eenvoudige ossenstal. Dichtbij Bethlehem hielden herders hun kuddes met lammeren en grazende schapen; aan wie Gods engelen verschenen, die de herders grote schrik aanjoegen. ‘Maak je gereed’ zeiden de engelen, ‘en ga naar Bethlehem, weest niet bang; Want je zult op deze blijde morgen een prinselijke baby vinden, lieve Jezus is
geboren’. Met dankbaar hart en blij gemoed gingen de herders de baby zoeken, en zoals Gods engel voorspeld had, aanschouwden zij onze Redder Christus. In een voerbak was hij gelegd, en naast hem de maagdelijke jonge vrouw, zorgend voor de Heer van leven, die op aarde kwam om alle strijd te
beëindigen. Goede mensen allemaal, in deze kersttijd, Overweeg goed en onthoud wat onze goede God voor ons heeft gedaan door zijn geliefde Zoon te zenden. |
What child is
this, who, laid to rest On Mary’s lap
is sleeping? Whom angels
greet with anthems sweet, While shepherds
watch are keeping? This, this is
Christ the King, Whom shepherds
worship and angels sing: Haste, haste
to bring him praise, The Babe, the
son of Mary. Why lies he in
such mean estate, Where ox and
ass are feeding? Come have no
fear, God’s son is here, His love all
love all loves exceeding. Nails, spear,
shall pierce him through, The cross be
borne for me, for you: Hail, hail,
the saviour comes, The Babe, the
son of Mary. So bring him
incense, gold and myrrh, All tongues
and people own him. The King of
kings salvation brings, Let ev’ry heart enthrone him: Raise, raise
your song on high, While Mary
sings a lullaby; Joy, joy, for
Christ is born, The Babe, the
son of Mary. |
Wat is dit voor kind, dat te rusten gelegd Op Maria’s schoot ligt te slapen? Dat Engelen begroeten met lieflijke zangen, Terwijl herders de wacht houden? Dit, dit is Christus de Koning, Die herders aanbidden en engelen zingen: Haast, haast u om hem eer te bewijzen, De Baby, de zoon van Maria. Waarom ligt hij in zo’n lage staat, Waar os en ezel eten? Kom vrees niet, Gods zoon is hier, Zijn liefde overtreft alle liefdes. Spijkers en lans, zullen hem doorboren, Het kruis wordt gedragen voor mij, voor jou: Heil, heil, de redder komt, De Baby, de zoon van Maria. Dus breng hem wierook, goud en mirre, Alle talen en volkeren erkennen hem. De Koning der koningen brengt redding, Laat elk hart hem op de troon plaatsen: Verheft, verheft uw lied in den hoge, Terwijl Maria een wiegenlied zingt; Vreugde, vreugde, want Christus is geboren, De Baby, de zoon van Maria. |
What sweeter music can we bring Than a carol, for to sing The birth of this our heav’nly King? Awake the voice! Awake the string! Dark and dull night, fly hence away, And give the honour to this day, That sees December turn’d to May. That sees December turn’d to May. Why does the chilling winter's morn Smile, like a field beset with corn? Or smell like a meadow newly-shorn, Thus on the sudden? Come and see The cause, why things thus fragrant be: 'T is He is born, whose quickening birth Gives life and lustre, public mirth, To heaven, and the under-earth. We see him come, and know him ours, Who, with his sunshine and his showers, Turns all the patient ground to flowers, Turns all the patient ground to flowers. The darling of the world is come, And fit it is, we find a room To welcome him, to welcome him. The nobler part of all the house here, is the heart, which we will give him; and bequeath this holly, and this ivy wreath, To do him honour; who's our King, And Lord of all this revelling. What sweeter music can we bring, Than a carol for to sing The birth of this our heavenly King, The birth of this our heavenly King. |
Kunnen wij lieflijker muziek
brengen dan een kerstlied, om te zingen
over de geboorte van onze hemelse
Koning? Maak de stem wakker! Wek de
snaren! Donkere en saaie nacht, vlieg
weg van hier, en geef de eer aan deze dag, die december veranderd ziet in
mei. die december veranderd ziet in
mei. Waarom glimlacht de koude
wintermorgen, als een veld vol met koren? Of ruikt als een pas gemaaide
weide, zo plotseling? Kom en zie de oorzaak, waarom de dingen zo
geurig zijn: Hij is geboren, wiens bezielende
geboorte leven en glans, algemene
vrolijkheid geeft, aan de hemel en de aarde
beneden. Wij zien hem komen, en weten dat
hij de onze is, die met zijn zonneschijn en zijn regenbuien de hele geduldige grond
verandert in bloemen, de hele geduldige grond
verandert in bloemen. De lieveling van de wereld is
gekomen, en het is gepast dat we een
kamer vinden om hem te verwelkomen. (2x) Het nobeler deel van het hele
huis hier, is het hart, dat wij hem zullen
geven; en deze krans van hulst en
klimop nalaten, om hem eer te bewijzen; die onze
Koning is, en Heer van al dit feesten. Kunnen wij lieflijker muziek
brengen dan een kerstlied, om te zingen
over de geboorte van onze hemelse
Koning, de geboorte van onze hemelse
Koning. |
While
shepherds watched their flocks by night, “Fear not!”
said he (for mighty dread “To you, in
David’s town this day “The heavenly
Babe you there shall find To human view
displayed, Thus spake the seraph and forthwith Appeared a
shining throng Addressed
their joyful song: “All glory be
to God on high, |
Terwijl herders 's nachts hun kudden
bewaakten, Allen zittend op de grond, Kwam de engel van de Heer naar beneden, En glorie straalde in het rond. "Vreest niet!" zei hij, want ontzaglijke
schrik Had hun verwarde geest gegrepen. "Blijde boodschappen van grote vreugde
breng ik Aan u en de gehele mensheid." "Voor u is in Davids stad, op deze dag Uit Davids geslacht een redder geboren, die Christus de Heer is, En dit zal het teken zijn." "De hemelse baby zult ge daar vinden, Aan het menselijk oog getoond, Heel gewoon ingepakt in zwachtels, En in een voerbak gelegd." Zo sprak de serafijn en onmiddellijk Verscheen een stralende menigte van engelen prijzende God, die zo Hun vrolijke lied aanpakten: "Alle glorie zij tot God in den hoge, En op de Aarde zij vrede; Laat in mensen van nu af aan een welbehagen
van de Hemel beginnen en nooit ophouden!" |
ZITHER CAROL Girls and
boys, leave your toys, make no noise, Kneel at his
crib and worship him. At thy shrine,
Child divine, we are thine, Our Saviour’s
here. Hallelujah the church bells ring, Hallelujah the angels sing, Hallelujah from everything. All must draw
near. 2. On that day
– far away – Jesus lay, Angels were
watching round his head. Holy Child –
Mother mild – undefiled, We sing thy
praise. “Hallelujah” etc. Our hearts we
raise. 3. Shepherds
came – at the fame – of thy name, Angels guide
to Bethlehem. In that place
– saw thy face – filled with grace, Stood at thy
door. “Hallelujah” etc. Love evermore. 4. Wise men too
– haste to do – homage new, Gold, myrrh
and frankincense they bring. As ‘twas said
– starlight led – to thy bed, Bending their
knee. “Hallelujah” etc. Worshipping
thee 5. Oh, that we
– all might be – good as he, Spotless, with
God in Unity. Saviour dear –
ever near – with us here Since life
began. “Hallelujah” etc. Godhead made
man. 6. Cherubim –
Seraphim – worship him, Sun, moon and
stars proclaim his power. Everyday – on our way – we shall say Hallelujah. “Hallelujah” etc. Hallelujah. |
CITHER CAROL Meisjes en jongens, verlaat je speelgoed,
maak geen geluid, Kniel bij zijn kribbe en aanbid hem. Bij uw schrijn, goddelijk Kind, zijn we van
u, Onze redder is hier.
Halleluja de kerkklokken luiden,
Halleluja de engelen zingen,
Halleluja overal vandaan. Iedereen moet dichterbij komen. Op die dag – ver verwijderd – lag Jezus, Engelen hielden de wacht rond zijn hoofd. Heilig Kind – onschuldige Moeder –
maagdelijk, Wij zingen uw lof.
“Halleluja” enz. Wij verheffen onze harten. Herders kwamen – op de roem – van uw naam, Engelen leiden naar Bethlehem. In die plaats – zagen uw gezicht – vol
genade, Stonden bij uw deur.
“Halleluja” enz. Liefde voor altijd. Ook wijze mannen – haasten zich om te brengen –
nieuw eerbetoon, Goud, mirre en
wierook brengen zij. Zoals gezegd was –
geleid door sterrenlicht – naar uw bed, Buigen zij hun
knie. “Halleluja” enz. U aanbiddend. O, dat wij – allen
mochten zijn – zo goed als hij, Vlekkeloos, met God
in Eenheid. Lieve redder –
altijd nabij – hier bij ons Sinds het leven
begon. “Halleluja” enz. Tot godheid gemaakt
mens. Cherubijnen –
seraffijnen – aanbid hem, Zon en maan en
sterren verkondigen zijn macht. Elke dag – op onze
weg – zullen we zeggen Halleluja. “Halleluja” enz. Halleluja. |